vrijdag 16 oktober 2015

Mara ('s scenario) #Verhalen

Mara zit aan de keukentafel. Ze legt de laatste hand aan een brief voor haar man. Zij en haar dochter Rosalind verlaten samen Guillermo, haar man, de vader van Rosalind.

Mara:
Ik ga bij hem weg. Wij gaan bij hem weg, mijn dochter Rosalind en ik. Het heeft lang geduurd, maar ik zit vol en ik heb het gehad. Ik wist het al langer hoor, het kwam niet echt als een verrassing, toen ik ‘m met Sara in ons bed aantrof. God alleen weet met wie hij nog meer ons bed gedeeld heeft. Toen ik het begon te vermoeden, liet ik het gaan. Guillermo had zoveel liefde te geven en ik was toen nog verzekerd van mijn deel. Dus liet ik het gaan.

Mara zucht en legt de brief in haar schoot.

Mara:
Maar op een gegeven moment stopte het. Mijn deel was blijkbaar op. Goddank, g-o-d-d-a-n-k was er nog meer dan genoeg over voor Rosa. Rosa en Guillermo, vier handen op een buik. Wat ben ik een onmens, ik ontneem mijn dochter haar vader. 


Mara pakt de envelop die op tafel ligt en schrijft er iets op.

Mara:
Nee, nee ik kan het echt niet meer. Al te lang heb ik getwijfeld en ben ik hier gebleven, voor Rosa. Ze zal het me later alleen maar kwalijk nemen als ik omwille van haar ben gebleven. Dan maak ik haar de oorzaak van mijn ongeluk. Ze is toch beter af bij een gelukkige moeder?
Guillermo…ach Guillermo, hij is een goede vader in zijn vrije tijd. Maar Rosa heeft altijd zorg nodig en aandacht. Hij is een geweldige vrijetijdsvader en of hij dat is. Dat is voor Rosa niet genoeg.

Langzaam vouwt Mara de brief en stopt deze in de envelop. Ze strijkt de envelop glad en houdt het vast tegen haar hart. Ze kust de brief en legt ‘m op de tafel. 

Mara:
God, hoe zal hij reageren als hij dit huis leeg aantreft. Ik bedoel, zonder ons. Het is misschien wat laf,
een brief en zonder enig teken vooraf. Het is laf. Guillermo zou mij zo kunnen overhalen te blijven. Die man heeft me, helemaal. Hij zit in mijn bloed, vanaf dag één dat ik hem ontmoette. Ik kan het niet geloven. Ons huis, zijn geur, Rosa’s speelgoed, dat ik het achter me laat. Dat ik Rosa hier vandaan haal. Dat ik Guillermo nietsvermoedend naar zijn werk laat gaan en hem nog zeg: ‘tot vanavond, guapo’. Zo noem ik ‘m altijd, guapo, lekker ding. Maar goed, ik geloof dat ik niet de enige was. 


Mara staat op en zet de stoel op zijn plek. Ze streelt nog een laatste maal de brief.

Mara (op fluistertoon):
Dag guapo. Dag.

Geen opmerkingen: