Afgelopen weekend was ik op weekendfamilietournee. Zo moet je weten dat mijn familie overal en nergens woont (en ik doe daar overigens net zo hard aan mee). Van mijn moeder, die het over mijn dichten, had kreeg ik wat dichtbundels mee. Ik vertelde haar van 'mijn tak'. Dat ik toen ik over 'mijn tak' dichtte dacht, 'ik ben een kind van Annie M.G. Schmidt'.
Nee 'mijn tak' haalt het niet bij de taal- en dichtkunsten van Annie, maar ik lees in 'mijn tak' waar ik vandaan kom (wat ik vroeger las en wat mij voorgelezen is). Daarom dacht ik, laat ik 'mijn tak' uit de kast halen....voor mijn moeder - en ook voor Annie.
Een tak
Er was eens een tak
die al lang vastzat
aan een statige hoge boom.
Deze tak bedacht
daarom ben ik ook niet gewoon.
Van ver hoog bezag de tak
het gepeupel beneden.
Zo zeer en op zijn gemak
en bezong zijn statig verleden.
De andere takken, van mindere komaf
ergerden zich groen en geel.
En bedachten stil – hij moet worden gestraft.
Toen schraapte de deftige tak zijn keel,
om zijn ondertakken toe te spreken.
Plots was daar een zeer straffe wind,
om met luid gefluit de tak te onderbreken.
Daar ligt de tak gebroken onder de hoge boom,
Zo statig als hij was, is hij nu heel gewoon.
‘Het lot niet van een tak maar van een bal,
je weet toch na hoogmoed komt de val’.
Zo spraken de ondertakken met elkaar,
en de oppertak ligt en ligt daar maar.
Hij murmelt nog een tak toe, ‘tja, mijn takkenkind,
hoge takken vangen nu eenmaal veel wind'.
You might also like VerZoenen MamaTribute
Geen opmerkingen:
Een reactie posten